Plumatella repens (Linnaeus, 1758) kruipend mosdiertje
Kenmerken | Afhankelijk van groeiplaats kruipende, hangende of korstvormig. Vertakte kolonies, fungoȉde (schimmelachtige) vorm zeer onregelmatig, vaak met lobben en takjes uitstekend uit de kolonie. Tentakelkrans hoefijzervormig met 40-70 tentakels. |
---|---|
Kleur | Koker doorschijnend tot donker soms chitine-achtige glans. |
Voorkomen | Stilstaande en langzaam stromende wateren. |
Voedsel | Plankton en detritus. |
Voortplanting | |
Grootte | Zoöide tot 5mm, kolonie tot 200mm. |