Neogobius fluviatilis (Pallas, 1814) Pontische stroomgrondel
Kenmerken | Ogen staan hoog op de kop. De borstvinnen zijn samengegroeid tot een zuignap. |
---|---|
Kleur | Lichtbruin tot beige. mannetje in paaitijd zwart. |
Voorkomen | Met name rivieren maar ook stilstaande wateren. Kan ook in brak water voorkomen. |
Voedsel | Kreeftachtigen en insectenlarven. |
Voortplanting | Geslachtelijk. |
Grootte | Tot 20 cm. |
Exoot. Hij Komt oorspronkelijk voor in de rivieren rond de Zwarte Zee.
De pontische stroomgrondel kan verward worden met de zwartbekgrondel maar de zwarte vlek op de eerste rugvin ontbreekt.
De pontische stroomgrondel paait van april tot juni. Het mannetje maakt een nest en bewaakt de eieren. De eieren worden afgezet op de onderkant van stenen.