Ostrea edulis Linnaeus, 1758 Zeeuwse oester
| Kenmerken | Ronde tot peervormige schelp. |
|---|---|
| Kleur | Vuilwit tot bruin. |
| Voorkomen | Oosterschelde en Grevelingen. |
| Voedsel | Filtreerder. |
| Voortplanting | Proterandrisch hermafrodiet. De oester begint zijn leven als mannetje. Na ongeveer 10 maanden worden het vrouwtjes. Afhankelijk van de watertemperatuur worden het weer mannetjes of vrouwtjes. |
| Grootte | Lengte tot 10 cm. |
De eieren worden bevrucht en bewaard in de kieuwen. Na ongeveer een week zijn het vrijzwemmende larven. Na 10-20 dagen zakken de larven naar de bodem.

