Haliclona xena De Weerdt, 1986 Paarse buisjesspons
Kenmerken | De spons betaat uit buisjes met een op de bovenkant de uitstroomopening. De buisjes kunnen verschillend gevormde uitstulpingen hebben. |
---|---|
Kleur | Vaak paars maar ook bruinachtig of roze. |
Voorkomen | Grevelingen en Oosterschelde. |
Voedsel | Filtert voedseldeeltjes uit het water. |
Voortplanting | |
Grootte | Buisjes tot 15 cm. De gehele spons kan een doorsnee van 290 cm bereiken. |
De paarse buisjesspons werd in 1977 voor het eerst in Nederland ontdekt. Vermoerdelijk is de spons meegekomen met oesters maar het is niet duidelijk of de spons voor 1977 al in Nederland voorkwam.
De paarse buisjesspons kan zich geslachtelijk voortplanten, zaadcellen worden met de waterstroom opgenomen in de spons waar een eicel bevrucht wordt. Hieruit ontstaat een larfje dat zich in zeer korte tijd vasthecht aan het substraat.
Ongeslachtelijk plant de spons zich voort door regeneratie. Een klein stukje spons kan uitgroeien tot een nieuwe spons.